Dit is een verhaal van lang geleden. Het zal in 1945 zijn geweest. Mijn grootvader Martinus Niele werd tot burgemeester van Egmond beëdigd.
Nu was het niet zo dat mijn opa uit een geslacht van notabelen stamde. Zijn vader had een zadel- annex schoenmakerij. Hij (of zíjn vader) was de eerste in het West-Friese dorp (Hoogwoud?) met een Ford – dus slecht hadden ze het niet. Later begon hij zijn eigen verzekeringsmaatschappij waarvoor hij de boeren af moest, wat hem uiterst geschikt maakte om werk voor de ondergrondse te doen. En aan zijn werk in het verzet dankte hij zijn aanstelling als burgemeester na de oorlog.
Maar gestudeerd had hij niet. Hij zal zijn best hebben gedaan om zich de omgangsvormen van de elite eigen te maken. Zijn eigen moeder had daar echter lak aan.
Er was een diner georganiseerd ter ere van de inauguratie van opa. Lange tafels, belangrijke mensen, toespraken. Opoe, klein wijffie, zat naast de afgevaardigde van de koningin, een serieus man. Middenin een toespraak schuift ze een beetje naar hem toe, pakt stevig zijn arm, leunt een beetje zijwaarts met haar oor tegen zijn schouder, en laat een enorme scheet. Die man kijkt haar sprakeloos aan en ze zegt op z’n West-Fries: bieter-in-de-weide-wereld-den-in een-klein-gatje.
Beter in de wijde wereld als in een klein gaatje.
(met dank aan mijn nichten Marleen en Marijke en neef Hans)
Hoi Heleen,
Leuk stukje wat je hebt geschreven over onze opa.
Groeten
Martin Hillen
Zoon van Martha Hillen Niele
Hhahaha, ik zie het gebeuren